Voorhuis; van 1500 tot heden

Het voorhuis is het oudste deel van de monumentale boerderij. Het gebouw stamt uit de 2e helft van 1500. Zichtbare delen uit die tijd zijn de trapgevel op het zuiden, de zijgevel, het sieranker en de ronde nis in de geveltop. Deze laatsten doen vermoeden dat ook in de oost/voorgevel in die tijd een trapgevel zat. Binnen zijn nog fraaie gesneden renaissance sleutelstukken onder de moerbalken te vinden (uit het midden of 3e kwart van de 16e eeuw). (Deze sleutelstukken zijn versierd in de ‘Colijnstijl’) Gezien de leeftijd van diverse onderdelen van het gebouw wordt aangenomen dat het als luxe woning voor bijvoorbeeld de provoost of als gastenverblijf een onderdeel heeft gevormd van het klooster Nieuwlicht.

Het gebouw zou zo een der nieuwste delen zijn van dit Kartuizer kloostercomplex, wat een aantal jaren later, in 1580, werd afgebroken tijdens de beeldenstorm. Meteen na de sloop is hier een boerderij gevestigd. Voor de 17e eeuw was het een zeer luxe, grote hofstede met een voor- en achterkamer. Aan de zuidzijde lag een voorname pronkkamer.

Onder deze opkamer lag een kelder met een gemetseld trapje. De oorspronkelijke troggewelfjes zijn vernieuwd in 1938 door een betonnen vloertje.

Aan de noordzijde was een zijkamer gelegen.

Eind 1700 werd de voorgevel ter rechterzijde verfraaid met een pronkgevel met golvende trappen en bakstenen lijsten en werd de hier liggende zijkamer vergroot en flink verhoogd. Dit is zichtbaar in de voorgevel die twee haaks op elkaar staande kappen heeft. Het is een prachtige gevelpartij.

In 1823 werd het te koop aangeboden. Het werd in de omschrijving als volgt benoemd:
“Een kapitale en aangenaam gesitueerde hofstede bestaande uit een Heerenhuizinge met fraai behangen zaal, twee beneden en twee bovenkamers. Voorts een boerenhuizinge, deel met stallinge.”
De verbinding met het groen was net als nu een belangrijk aspect:
"Mitsgaders dezelfde hofstede omringd van zijn grachten, laanen en steegen, beplant met ware eiken … etc.”

In 1839 werd het Voorhuis verbouwd en modern ingericht. De vroeg-renaissance raamkozijnen en nissen zijn toen vervangen door vensters met grote ruiten.
De achtergelegen Stallen en Achterhuis werden in 1863 geheel vernieuwd.

Er zijn diverse teksten die herinneren aan het feit dat de boerderij ook als theeschenkerij fungeerde voor de burgers uit Utrecht.

Ombouw tot kantoorruimte

In 1905 kocht de gemeente de boerderij met landerijen op, om de wijk Ondiep te kunnen bouwen. De hele hofstede zou gesloopt worden. Het verviel langzamerhand tot een ruïne, maar een eigenwijs raadslid wist sloop van 1914 tot 1927 te voorkomen. Toen werd, met subsidie van het rijk, besloten het Poortgebouw te behouden.

Intussen zocht men een nieuwe bestemming voor de vervallen hofstede, bijvoorbeeld een theehuis. De restauratiekosten bleken echter steeds te hoog. In 1938 vonden ze een goede bestemming: de Parochie van St. Salvaltor zocht een locatie voor een fröbelschool en club- en vergaderlokalen. Het rijk sprong bij in de restauratiekosten in het kader van de bestrijding van de werkloosheid, in het bijzonder bij de jeugdigen.
Het Voorhuis werd slechts weinig veranderd. Het werd gebruikt als vergaderlocatie en kantoren van de GGD. Het consultatiebureau was daar een onderdeel van. Wel werd de oorspronkelijke achterkamer zo sterk gewijzigd dat we het nu het Achterhuis noemen.

In 1975 kwam het Algemeen Maatschappelijk Werk in het gehele pand, zonder dat dit enige verandering met zich meebracht.

In 1988 kocht Anke Colijn het complex en verbouwde het pand tot kantoren, architectenbureau en woonhuis. Het Voorhuis bleef qua opzet ongewijzigd, maar werd in de loop van de afgelopen 20 jaar wel geheel gerestaureerd, geïsoleerd en van nieuwe installaties voorzien.
De hal (voorkamer) heeft een origineel plavuizen vloer en de opkamer een eiken vloer. In de monumentale hal en opkamer zijn de oorspronkelijke bintenplafonds weer in het zicht gebracht. Op de 1ste etage is het originele spant uit het einde van de 16e eeuw zichtbaar; de kamer hier is een grote, hoge “zolder” kamer. Op de 2e etage is de 17e eeuwse kap op het verhoogde deel van de boerderij te zien. De ‘bovenkamer’ heeft bij de restauratie van 1938 weer een kruisraam gekregen.

Indeling van de kantoorruimtes

De historie is zeer afleesbaar in het pand.
In de historische setting is een modern kantoor gebouwd die voldoet aan de eisen van deze tijd. Het is zeer representatief en paart dit aan comfortabele werkplekken.

Binnenkomend heeft de prachtige hal een empire deurpartij met fraai bovenlicht met twee empire vensters en een originele plavuizen vloer. De originele binten zijn weer in het zicht gebracht en volledig gerestaureerd. De hal kan dienst doen als royale ontvangst, of als de plek waar medewerkers elkaar ontmoeten voor korte overleggen, de lunch e.d.

Via twee brede treden en een ruim bordes komt u in de oude opkamer. Ook dit is een voorname ruimte. Grote empire ramen zitten onder oude vensterbogen zowel in de oost- als zuidgevel. De vloer is massief eiken en ook hier zijn de 16e eeuwse binten gerestaureerd.

Aan de andere zijde van de hal ligt de voormalige conciërge woning. Deze is gemaakt van de vergrote zijkamer uit de laat 17e eeuw. Nu wordt deze beneden gebruikt als twee kantoorruimtes, met keuken.

Op de 1ste etage bevinden zich een hal en twee kantoorruimtes.
Een ruimte is 45 m². Hier is het plafond weggehaald, zodat de 16e eeuwse kap met spanten zichtbaar is. De andere ruimte is 20 m² met een teruggerestaureerd kruisraam
Ondanks de vrij grote maat zijn het qua sfeer intieme ruimtes.

Op de 2e etage bevindt zich een zolderkamer met een laat 17e eeuws spant.
Hier zat voorheen de afdeling communicatie van Feekes en Colijn.

Het hoofdgebouw is ca 165 m², de er naastgelegen woning wordt nu gebruikt als kantoor en is ca 50 m².

RedAnt

Vanaf 1 januari 2010 zit RedAnt hier, een creatief ICT bedrijf.

sfeerbeeld sfeerbeeld sfeerbeeld sfeerbeeld sfeerbeeld